Inhoudsopgave
Wat is het opschortingsrecht?
Het opschortingsrecht is een belangrijk begrip binnen het verbintenissenrecht en geeft een schuldeiser de mogelijkheid om de nakoming van zijn verbintenis op te schorten wanneer de wederpartij tekortschiet in de nakoming van zijn verbintenis. Het opschortingsrecht komt een schuldeiser toe wanneer er sprake is van wederkerige overeenkomsten, waarbij de verschillende partijen verplichtingen jegens elkaar hebben.
Bij een wederkerige overeenkomst, zoals een koopovereenkomst, hebben beide partijen verplichtingen jegens elkaar. De koper is bijvoorbeeld verplicht de koopprijs te betalen, terwijl de verkoper verplicht is de zaak te leveren. Wanneer één van de partijen zijn verplichtingen niet nakomt, ontstaat er een wanprestatie. In dat geval mag de benadeelde partij zijn eigen prestatie opschorten door gebruik te maken van zijn opschortingsrecht.
Wanneer kan het opschortingsrecht worden ingeroepen?
Het opschortingsrecht kan worden ingeroepen wanneer aan drie voorwaarden is voldaan:
- Er moet sprake zijn van een wederkerige overeenkomst, waarbij partijen verplichtingen jegens elkaar hebben.
- De schuldenaar (wederpartij) moet tekortschieten in de nakoming van zijn verbintenis.
- Er moet een voldoende nauw verband bestaan tussen de wederzijdse verplichtingen.
De schuldeiser kan zijn eigen prestatie dus opschorten als reactie op de wanprestatie van de schuldenaar. Dit opschortingsrecht geldt echter niet voor alle soorten overeenkomsten. Zo kan het opschortingsrecht bijvoorbeeld niet worden ingeroepen bij een schenking of bij betaling van een geldsom.
Hoe werkt het opschortingsrecht?
Wanneer aan de voorwaarden is voldaan, kan de schuldeiser gebruikmaken van zijn opschortingsrecht door zijn eigen prestatie tijdelijk op te schorten. Dit betekent dat hij zijn verplichtingen niet hoeft na te komen zolang de schuldenaar in verzuim is.
Het opschortingsrecht geeft de schuldeiser dus de mogelijkheid om de druk op de schuldenaar te verhogen om zijn verplichtingen alsnog na te komen. De schuldeiser hoeft bijvoorbeeld de koopprijs niet te betalen zolang de verkoper de gekochte zaak niet levert. Op die manier kan de schuldeiser de schuldenaar tot nakoming dwingen.
Hoewel de schuldeiser zijn prestatie mag opschorten, betekent dit niet dat de overeenkomst wordt ontbonden. De overeenkomst blijft gewoon bestaan, maar de verplichtingen worden tijdelijk ‘bevroren‘. De schuldeiser moet zijn prestatie weer hervatten zodra de schuldenaar alsnog zijn verplichtingen nakomt.
Voor- en nadelen van het opschortingsrecht
Het opschortingsrecht kent enkele belangrijke voordelen voor de schuldeiser:
- Het geeft de schuldeiser de mogelijkheid om druk uit te oefenen op de schuldenaar.
- De schuldeiser loopt minder financieel risico, omdat hij zijn prestatie kan opschorten.
- Het kan de schuldenaar tot nakoming dwingen zonder naar de rechter te hoeven stappen.
Er kleven echter ook enkele nadelen aan het opschortingsrecht:
- Het opschorten van de prestatie kan leiden tot verdere vertragingen.
- De schuldeiser komt zelf ook zijn verplichtingen niet na door de prestatie op te schorten.
- Wanneer ten onrechte gebruik wordt gemaakt van het opschortingsrecht, is de schuldeiser zelf in verzuim.
Het opschortingsrecht moet daarom met gepaste terughoudendheid worden gebruikt. Vaak is het beter om eerst met de wederpartij in overleg te gaan.
Hoe lang mag de prestatie worden opgeschort?
De schuldeiser mag zijn prestatie opschorten zolang de schuldenaar in verzuim is met de nakoming van zijn verbintenis. Zodra de schuldenaar alsnog nakomt, moet de schuldeiser zijn opgeschorte prestatie weer hervatten.
In de praktijk betekent dit dat de schuldeiser zijn prestatie kan opschorten totdat:
- De schuldenaar zijn verplichtingen alsnog nakomt.
- De overeenkomst door een van de partijen wordt ontbonden.
- De schuldeiser gebruikmaakt van zijn recht om de overeenkomst te ontbinden.
- De rechter uitspraak doet in een procedure en een van de partijen in het ongelijk stelt.
De schuldeiser kan zijn prestatie dus niet voor onbepaalde tijd blijven opschorten. Doet hij dat wel, dan schiet hij zelf tekort in de nakoming en raakt hij in verzuim.
Gevolgen van ten onrechte gebruik van het opschortingsrecht
Wanneer het opschortingsrecht ten onrechte of op onjuiste gronden wordt ingeroepen, is er sprake van wanprestatie door de schuldeiser. De schuldeiser komt zijn verplichtingen immers niet na terwijl daar geen gerechtvaardigde reden voor is.
Enkele mogelijke gevolgen bij ten onrechte gebruik van het opschortingsrecht zijn:
- De schuldeiser raakt zelf in verzuim.
- De schuldenaar kan ontbinding van de overeenkomst vorderen.
- De schuldeiser kan aansprakelijk worden gesteld voor de geleden schade.
- De schuldeiser kan verplicht worden om alsnog na te komen onder dwangsom.
- De rechter kan een last onder dwangsom opleggen.
Het ten onrechte opschorten van de prestatie is dus niet zonder risico’s en kan tot aansprakelijkheid leiden. Een schuldeiser doet er daarom verstandig aan om het opschortingsrecht met gepaste terughoudendheid toe te passen.
Wij staan klaar om je te helpen
Wil je een duidelijk beeld krijgen van de kosten en implicaties bij het toepassen van het opschortingsrecht in jouw specifieke situatie?
Bij incassobureau Credifin helpen we je graag vooraf deze zaken inzichtelijk te maken. We informeren je over mogelijke kosten en schatten de kansen in voor een succesvolle toepassing van het opschortingsrecht. Met onze juridische expertise staan we je bij om je vordering effectief veilig te stellen. Wij ondersteunen je om te zorgen dat openstaande bedragen worden voldaan.